Een gezond immuunsysteem herkent en vernietigt zowel lichaamsvreemde ziektekiemen zoals virussen en bacteriën als lichaamseigen dreigingen zoals tumorcellen. Als het immuunsysteem overactief wordt en ook reageert op onschadelijke stoffen zoals vlooienspeeksel, huismijt, huidschilfers en pollen is er sprake van een allergie.

Allergische reacties kunnen zich op de huid manifesteren wat jeuk veroorzaakt, op de slijmvliezen in de luchtwegen waardoor hoesten en moeizame ademhaling optreedt, of op de wanden van het spijsverteringsstelsel, wat diarree of braken tot gevolg heeft.

Allergenen worden of ingeademd of ingeslikt of komen in contact met ogen of huid. Het immuunsysteem wordt onbedoeld aangezet tot het produceren van antilichaam-immunoglobuline E (IgE).

Regulier wordt er vaak zogenaamd hypo-allergeen voer ingezet of prednison met alle bijwerkingen van dien. Vaak geeft dit ook geen gewenst resultaat.

De natuurgeneeskundige behandeling richt zich allereerst op een allergietest. Zo mogelijk wordt er dan een advies gegeven om allergenen te mijden. Denk bijvoorbeeld aan bepaalde toevoegingen in voeding.

In geval van lastiger te mijden allergenen wordt er met desensibilisatie gewerkt. Denk daarbij aan pollen, huisstofmijt, veren, muggen, huidschilfers etc.

Desensibiliseren is het proces om het dier ongevoelig te maken voor die stoffen die allergische reakties geven. Met bioresonantie-apparatuur worden allergiedruppels gemaakt die vervolgens aan het dier worden gegeven waardoor de gevoeligheid en de allergische reactie wordt geneutraliseerd.